logo

Case 1 Hoog-Catharijne

Gedegen veldwerk

Research artists Dick Rozestraten en Bert van Rijssen studeerden in de jaren 70 sociale geografie aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Voor hun doctoraalscriptie regelden zij -geheel tegen de tijdgeest en in weerwil van de anti-autoritaire sfeer op de Interfaculteit van toen- een onderzoeksbudget bij een grote projectontwikkelmaatschappij. Onderwerp van onderzoek was de mogelijke verandering in de kooporiëntatie op Utrecht na de bouw van het nieuwe stadshart Hoog-Catharijne. Met het budget van Hfl 7.000,- werden enquêteurs betaald die bij 1000 geselecteerde adressen (en nergens anders), verspreid over een twaalftal gemeenten, een vragenlijst afnamen. De enquêteurs werden per dagdeel en niet per enquête betaald teneinde betrouwbare resultaten en response (meer dan 70%! Kom daar vandaag de dag maar eens om) te verkrijgen. De resultaten van het onderzoek werden ingeponst en via het nieuwe onderzoekspakket SPSS automatisch verwerkt. De resultaten van het onderzoek waren enigszins teleurstellend: geen veranderingen sinds het referentie-onderzoek uit 1973, hoewel dit voor het winkelcentrum van Utrecht niet zo’n slecht resultaat was (voor de bouw van Hoog-Catharijne was er sprake van koopkrachtverlies aan andere bovenregionale verzorgingscentra). Opdrachtgever was tevreden; het referentie-onderzoek door een bekend onderzoeksbureau had een budget van Hfl. 100.000,- ……

En passant ontdekten de research artists nog een onderzoeksmethodologisch fenomeen, namelijk dat de vraag “welk centrum de laatste keer bezocht” een betrouwbaarder resultaat oplevert dan “welk centrum het meest bezocht” (de eerste vraag vraagt naar een feit, de tweede vraag naar een perceptie, en de verschillen in bezoekfrequentie die de uitkomst van de eerste vraag beïnvloeden middelen uit vanwege de wet grote getallen). Dit gegeven is later succesvol toegepast bij het ontwikkelen van actieradiusonderzoeken bij supermarkten: een combinatie van laatst (en niet: gemiddeld) besteed bedrag, bezoekfrequentie en postcode, gevraagd aan een voldoende aantal winkelbezoekers, levert een betrouwbaar beeld op van de marktaandelen in het verzorgingsgebied.